Of het nu gaat om afgewerkte olie, een poetsdoek gedrenkt in chemicaliën of verfresten uit de verfwinkel - gevaarlijk afval kan snel ontstaan bij de dagelijkse werkzaamheden. Maar welke verplichtingen brengt dit met zich mee voor de producent? Hoe moet gevaarlijk afval correct worden gecategoriseerd voor verwijdering? En waar moet rekening mee worden gehouden bij de wettelijke tussentijdse opslag op het bedrijfsterrein? Wij vertellen u waar u rekening mee moet houden voor de juiste opslag en verwijdering van gevaarlijk afval en beantwoorden veelgestelde vragen over dit onderwerp.
**Overigens: In de DENIOS online shop vind je een uitgebreid assortiment producten voor de inzameling, de tijdelijke opslag en het transport van gevaarlijk afval.
Het is belangrijk om te weten of het bedrijf afval produceert dat door de wet als gevaarlijk wordt beschouwd. Dit heeft invloed op de behandeling en controle ervan, evenals op de documentatie die moet worden verstrekt. Gevaarlijk afval is afval dat een of meer gevaarlijke eigenschappen heeft. Hieronder valt bijvoorbeeld afval dat explosief, oxiderend of giftig is. Een gedetailleerde lijst van alle gevaarlijke eigenschappen is te vinden in bijlage III van Richtlijn 2008/98/EG (Kaderrichtlijn afvalstoffen). Iedereen die afval produceert, is verplicht om het dienovereenkomstig te categoriseren en ook om te controleren of er gevaarlijke eigenschappen aanwezig zijn.
Voordat afval kan worden afgevoerd, moet het een zogenaamde afvalcode krijgen volgens de Afvalcatalogusverordening (AVV). De AVV bevat de afvalstoffencatalogus in de bijlage - een lijst van meer dan 800 verschillende soorten afval, verdeeld in 20 hoofdstukken. Elke afvalsoort krijgt een zescijferig afvalcodenummer. Afvalsoorten waarvan de afvalcode is gemarkeerd met een sterretje (*) worden als gevaarlijk beschouwd. Maar let op: veel afvalsoorten hebben zogenaamde spiegelvermeldingen waarbij de classificatie in eerste instantie open blijft. In dergelijke gevallen is het raadzaam om ze in te delen volgens de bestaande kennis over gevaarlijke stoffen en de gevaarlijke eigenschappen te controleren volgens bijlage III van de kaderrichtlijn afvalstoffen.
Afval code | Benaming afval |
---|---|
04 02 16* | Kleurstoffen en pigmenten die gevaarlijke stoffen bevatten |
04 02 17 | Niet onder 04 02 16 vallende kleurstoffen en pigmenten |
De afvalproducent is altijd verantwoordelijk voor de juiste toekenning van de afvalcode. Uiteindelijk kan hij ook aansprakelijk worden gesteld voor schade die het gevolg is van een onjuiste toekenning van het afvalcodenummer. De categorisering mag dus nooit lichtvaardig gebeuren. Bij reststoffen kan het veiligheidsinformatieblad een eerste indicatie geven van de gevaarseigenschappen. Bij twijfel is het echter altijd raadzaam om de relevante deskundigen te raadplegen. Dit zijn onder andere gecertificeerde verwijderingspartners en de verantwoordelijke milieu-instantie. Als dit nog steeds niet de gewenste oplossing biedt, heb je uiteindelijk altijd nog de mogelijkheid om je gevaarlijke afval in een laboratorium te laten analyseren om tot een zo goed mogelijke classificatie te komen.
Er gelden speciale vereisten voor de verwijdering en monitoring van gevaarlijk afval. Zodra gevaarlijk afval wordt geproduceerd in het bedrijf, kan dit resulteren in de volgende verplichtingen voor de producent:
Alle producenten van gevaarlijke afvalstoffen moeten een register bijhouden waarin de hoeveelheid, het type en de herkomst alsmede de bestemming, de frequentie van inzameling, het type vervoer en het type nuttige toepassing of verwijdering worden geregistreerd. Dit register moet minstens drie jaar worden bijgehouden en op verzoek aan de bevoegde instantie worden voorgelegd.
De correcte en milieuverantwoorde verwijdering van gevaarlijk afval moet worden gedocumenteerd in een bevestigingsprocedure tussen de producent, de afvalverwerker en de bevoegde autoriteit. De toelaatbaarheid van de geplande verwijdering wordt vooraf gecontroleerd (voorafgaande inspectie) en de naleving van de verwijderingsroute wordt gedocumenteerd (controle van de verblijfplaats). Het hele verificatieproces wordt afgehandeld via de elektronische procedure voor afvalstoffenregistratie (eANV). Onder bepaalde omstandigheden kan worden afgezien van de bewijsplicht. Er is bijvoorbeeld een regeling voor kleine hoeveelheden die vrijstelling geeft van de verplichting om een register bij te houden als er jaarlijks in totaal niet meer dan 2 ton gevaarlijk afval wordt geproduceerd (met uitzondering van het bijhouden van overdrachtsnota's). Er zijn ook bepaalde voorwaarden en kwantitatieve beperkingen waarvoor een vereenvoudigde procedure kan worden toegepast. In deze gevallen wordt het bewijs van de toelaatbaarheid van de geplande verwijdering geleverd door middel van een zogenaamd collectief verwijderingscertificaat. Het eanV hoeft dan niet te worden gebruikt.
In individuele gevallen kan de bevoegde instantie het bijhouden van registers of dossiers opleggen, tenzij het bedrijf hiertoe al verplicht is. Ze kan ook speciale inspecties en documentatieverplichtingen opleggen, zoals gestandaardiseerd testen van gevaarlijk afval, regelmatige bemonstering en de bijbehorende documentatie van de testresultaten.
Exploitanten van faciliteiten die regelmatig gevaarlijk afval produceren, kunnen ook worden verplicht om een afvalbeheerfunctionaris aan te stellen. Dit hangt af van het type installatie en is onderworpen aan bepaalde kwantitatieve beperkingen. Welke exploitanten verplicht zijn om een afvalbeheerfunctionaris aan te stellen, staat in hoofdstuk 2 van het Besluit afvalbeheerfunctionarissen. Veel bedrijven besluiten echter ook om op vrijwillige basis een afvalbeheerfunctionaris aan te stellen om de naleving van de afvalwetgeving en de taken binnen het bedrijf optimaal te waarborgen - vooral als er regelmatig gevaarlijk afval wordt geproduceerd.
Aangezien het aanwezige gevaarlijk afval ook een gevaarlijke stof is in de zin van de Verordening Gevaarlijke Stoffen (REACH), moet deze worden meegenomen in de risicobeoordeling. Een activiteit met gevaarlijke stoffen, inclusief de verwerking van gevaarlijk afval, mag niet worden gestart zonder voorafgaande risicobeoordeling. Voordat een gevaarlijke stof in het bedrijf wordt gebruikt, moet ook de overeenkomstige verwijdering worden overwogen en moeten geschikte beschermende maatregelen worden gedefinieerd - bijvoorbeeld de levering van geschikte en toegestane verwijderingscontainers op de plaats van herkomst.
Tijdens het verwijderingsproces zal het onvermijdelijk zijn om het geproduceerde gevaarlijke afval in te zamelen en tijdelijk op te slaan in het bedrijf. Dit betekent dat u niet alleen moet voldoen aan de afvalwetgeving, maar ook aan de regelgeving voor gevaarlijke stoffen. Als de containers vervolgens worden opgehaald door het verwijderingsbedrijf, zijn ook aspecten van de wetgeving voor gevaarlijke stoffen van toepassing.
Aangezien de afvalwetgeving voornamelijk het verwijderingsproces regelt, zijn er nauwelijks vereisten voor de wettelijk conforme opslag van gevaarlijk afval. Vooral het zogenaamde mengverbod moet worden nageleefd. Vooral gevaarlijk afval moet apart worden gehouden. Vermenging of verdunning met andere afvalcategorieën (zowel gevaarlijk als niet-gevaarlijk), stoffen of materialen is niet toegestaan.
Gevaarlijk afval is ook een gevaarlijke stof in de zin van de verordening gevaarlijke stoffen (REACH). Daarom is de regelgeving voor gevaarlijke stoffen ook relevant. Dit betekent bijvoorbeeld dat u als producent van gevaarlijk afval verplicht bent om een risicobeoordeling uit te voeren in overeenstemming met REACH. U moet mogelijke bronnen van gevaar identificeren en ervoor zorgen dat passende beschermingsmaatregelen worden genomen of dat de werkorganisatie op de juiste manier is ingericht. Als het gaat om gevaarlijke afvalstoffen, houdt dit bijvoorbeeld ook in dat u moet zorgen voor geschikte afvalcontainers. Er moet worden opgemerkt dat zelfs in eerste instantie ongevaarlijke afvalstoffen zoals poetslappen de eigenschappen van gevaarlijke stoffen kunnen aannemen (en zelfs versterken) die ermee zijn ingeslikt. Een poetsdoek gedrenkt in brandbare vloeistoffen mag daarom nooit worden weggegooid in conventionele afvalcontainers. Het gebruik van zelfdovende afvalbakken, die bescherming bieden tegen brand door middel van zelfsluitende deksels, wordt bijvoorbeeld aanbevolen. In de regel wordt afval niet dagelijks opgehaald door het afvalverwerkingsbedrijf. Er is nog een bijzonderheid die relevant is in het kader van de wetgeving voor gevaarlijke stoffen: als gevaarlijke stoffen langer dan 24 uur in het bedrijf worden opgeslagen, wordt dit beschouwd als opslag in het kader van de wetgeving voor gevaarlijke stoffen.
Zodra u gevaarlijke stoffen opslaat, zijn de voorschriften van "Opslag van gevaarlijke stoffen in vervoerbare containers" van toepassing. Afhankelijk van de eigenschappen en hoeveelheden van de opgeslagen afvalstoffen kunnen aanvullende beschermingsmaatregelen worden voorgeschreven. De opslag moet ook plaatsvinden in geschikte en toegestane containers. Als er vulwerkzaamheden worden uitgevoerd aan de opslagcontainer (bijv. kleinere hoeveelheden afvalstoffen worden overgebracht in een grote verzamelcontainer), moet er een aparte risicobeoordeling worden uitgevoerd voor deze activiteit en moeten er, indien nodig, aanvullende beschermende maatregelen worden genomen. Een ander punt: als exploitant moet u ervoor zorgen dat gevaarlijke stoffen duidelijk herkenbaar zijn in het bedrijf. Overweeg daarom ook een duidelijk zichtbare etikettering conform §8 REACH voor uw gevaarlijke afval.
Als een opslag- of verpakkingscontainer met gevaarlijk afval bestemd is voor inzameling door het afvalverwerkingsbedrijf, moeten de voorschriften voor gevaarlijke goederen ook worden nageleefd. Onder de wetgeving voor gevaarlijke goederen wordt u beschouwd als de verpakker en bent u daarom verantwoordelijk voor het labelen en markeren van de verpakkingen in overeenstemming met het ADR. Bovendien mag het transport alleen plaatsvinden in verpakkingen die voor dit doel zijn goedgekeurd (UN-goedkeuring).
De technische informatie op deze pagina is met zorg en naar ons beste weten en overtuiging samengesteld. Niettemin kan DENIOS B.V. geen enkele garantie of aansprakelijkheid aanvaarden, contractueel, rechtmatig of anderszins, voor de actualiteit, volledigheid en correctheid, noch jegens de lezer, noch jegens derden. Het gebruik van de informatie en inhoud voor eigen of derde doeleinden is dan ook voor eigen risico. Neem in ieder geval de plaatselijk en actueel geldende wetgeving in acht.
Bel ons of mail naar info@denios.nl en wij helpen u graag verder.
Let op: vanwege de feestdagen kan het zijn dat uw bestelling later geleverd wordt dan u van ons gewend bent. Wij bedanken u voor uw begrip.